De embryo’s gaan zich nu vasthechten aan de baarmoederwand. Door speciale natuurlijke chemicaliën wordt er gezorgd dat iedere embryo genoeg ruimte heeft om te groeien in de baarmoeder. De cellen gaan zich in deze periode ook opdelen om de groei te bevorderen. In het begin van de week is het embryo 4-cellig en tegen het eind is het embryo 64-cellig. Op 14 dagen is de foetus klein, maar er zit een hoofdje op, ruggengraat is gevormd en er vormen al stompjes voor de ledematen en het staartje. De foetus wordt gevoed door de dooierzak. In deze fase is juist belangrijk dat de teef niet ziek wordt of medicijnen krijgt. Deze middelen kunnen via de dooierzak naar het embryo worden vervoerd. Daardoor kan de foetus ernstig beschadigd raken.
tekst Kelly Koning – Ouwerkerk